Onderzoek naar toediening oxytocine bij postnatale depressie

Onderzoek naar toediening oxytocine bij postnatale depressie

Onderzoek naar toediening oxytocine bij postnatale depressie

Persbericht Radboud Universiteit

Onderzoekers van de Radboud Universiteit en het Radboudumc ontdekten dat moeders met een postnatale depressie gebaat zouden kunnen zijn bij oxytocine-neusspray. De oxytocine kan eraan bijdragen dat moeders positievere gevoelens ervaren en positiever reageren op hun pasgeboren kind. “Hoewel extra oxytocine geen invloed heeft op het zorggedrag en stressniveau van de moeders, draagt het wel bij aan een beter contact tussen moeder en kind.”

Moeders met een postnatale depressie of een lichtere vorm daarvan voelen zich na de geboorte van hun kind vaak somber, vermoeid of angstig. Ze kunnen slaapproblemen hebben en maken zich vaak overmatig zorgen om hun baby of hebben het gevoel geen goede moeder te zijn. Onderzoekers van de Radboud Universiteit en Radboudumc hebben daarom in een experiment onderzocht of toediening van het hormoon oxytocine kan helpen om de interactie tussen deze moeders en hun kinderen (tussen de 3 en 9 maanden oud) te verbeteren.

Positiever contact

Het experiment bestond uit twee meetmomenten. Bij een van de twee momenten kregen moeders met een postnatale depressie een neusspray met oxytocine toegediend, tijdens het andere experiment een placebo. De moeders wisten zelf niet tijdens welk moment ze oxytocine of de niet-werkzame neusspray kregen. Vervolgens keken de onderzoekers naar het gedrag en beleving van de moeders tijdens het contact met hun baby.

“De resultaten laten zien dat moeders meer positieve gevoelens en genegenheid toonden na toediening van oxytocine”, volgens psycholoog Madelon Hendricx-Riem, een van de onderzoekers. “Ze waren bijvoorbeeld warmer en enthousiaster in hun gedrag, glimlachten vaker en zochten meer fysiek contact met hun baby. Daarnaast gaven de moeders aan zich positiever gestemd te voelen.” Door de experimentvorm met twee meetmomenten konden de onderzoekers een causaal verband aantonen tussen de extra oxytocine en het positievere contact tussen moeder en kind.

Geen verschil in zorg voor baby

De oxytocine had echter geen effect op hoe adequaat de moeders voor hun baby zorgden. “We hadden eigenlijk wel een relatie tussen oxytocine en zogenaamde sensitiviteit verwacht”, zegt Hendricx-Riem. “Bij postnatale depressies is er vaak sprake van een wat verstoorde interactie tussen moeder en kind, bijvoorbeeld doordat de moeder niet helemaal goed inschat waarom een baby huilt of doordat ze vertraagd reageert op haar huilende baby.”

Ook gingen de moeders zich niet beter voelen dankzij de oxytocine. “We hebben het cortisol-gehalte en de hartslag van de moeders gemeten en de oxytocine had daar geen effect op in dit experiment”, aldus Hendricx-Riem. “Dat kan komen doordat we nu hebben gemeten tijdens spelmomenten tussen moeder en kind. In vervolgonderzoek willen we juist naar huilmomenten kijken, omdat moeders dan veel stress ervaren. Misschien zorgt oxytocine op die momenten wél voor een lagere hartslag en minder cortisol.”

Geen geneesmiddel, wel aanknopingspunt voor interventie

Toch heeft oxytocine hoe dan ook een positieve rol in het contact tussen moeders met een postnatale depressie en hun kind, vindt de onderzoeker. “De moeders reageren positiever op hun kind dankzij oxytocine en kunnen bovendien iets meer genieten van die contactmomenten. We zien oxytocine niet direct als geneesmiddel bij postnatale depressie, maar er zijn wel aanknopingspunten voor interventies. Je kunt bijvoorbeeld ook oxytocine aanmaken door meer fysiek contact met je baby. Misschien hebben moeders met postnatale depressieve klachten er bijvoorbeeld ook wat aan als ze aan babymassage gaan doen of meer huid-op-huid contact hebben met hun baby.”

Het onderzoeksartikel is gepubliceerd in het tijdschrift Psychoneuroendocrinology. Bekijk het artikel hier.

Geen reactie's

Geef een reactie