10 jun Twijfel over invloed beeldscherm op nachtrust
Al geruime tijd wordt verkondigd dat het blauwe licht vanuit beeldschermen een negatief effect heeft op onze nachtrust en het in slaap komen bemoeilijkt. Hier lijkt echter minder bewijs voor te zijn dan tot nu toe werd aangenomen. De Volkskrant schreef vorige maand een uitgebreid artikel waarin de resultaten van verschillende onderzoeken nader bestudeerd en uitgelegd werden.
Er blijken de nodige misverstanden te zijn over de effecten van blauw licht op de biologische klok. Het blauwe licht dat onder andere uit beeldschermen afkomstig is, zou de aanmaak van melatonine remmen: het hormoon dat het slaap-waakritme reguleert en zorgt dat we slaperig worden. Het RIVM benadrukte dit gegeven onlangs nog in een rapport en benoemde het als belangrijke oorzaak van slaapproblemen bij jongeren. Na het grondiger bestuderen van het onderzoek lijkt het er echter op dat er voorbarig conclusies zijn getrokken over een causaal verband tussen de twee. Het klopt dat zowel jongeren als volwassenen tot laat gebruik maken van beeldschermen en dat veel mensen last hebben van slaapproblemen. Hoe het verband hiertussen er precies uitziet, is echter nog maar de vraag.
Geen verschil
Het onderzoek van het RIVM laat namelijk resultaten zien waarin helemaal geen verschillen zichtbaar zijn tussen de hoeveelheid melatonine en de slaapduur met of zonder het gebruik van beeldschermen. Wat wel uit het onderzoek naar voren kwam is dat jonge, frequente schermgebruikers zonder het gebruik van beeldschermen overdag naar eigen zeggen minder symptomen van slaaptekort hadden (zoals moeite om wakker te blijven). Dit zou echter ook met andere factoren samen kunnen hangen.
Beeldschermgebruik kan bijvoorbeeld meer inspanning van de hersenen vragen, wat meer vermoeidheid geeft. Maar dat betekent niet automatisch dat beeldschermgebruik de nachtrust negatief beïnvloedt. Uit hetzelfde onderzoek bleek zelfs dat adolescenten die veel televisie kijken voor het slapen gaan, per nacht gemiddeld twintig minuten langer slapen. En adolescenten die in de avond veel gebruik maken van hun smartphone, voelden zich overdag minder slaperig dan de controlegroep.
Andere oorzaken
Zo zijn er verschillende resultaten te vinden; sommige groepen ervaren wel bepaalde klachten na beeldschermgebruik, en andere groepen juist niet. Maar hard bewijs voor het effect van het licht dat afkomstig is uit de beeldschermen, is er nog niet. De gevolgen voor de nachtrust zouden net zo goed samen kunnen hangen met het soort activiteit dat met het beeldschermgebruik samenhangt (een serie kijken, gamen, chatten etc.). Misschien is die verklaring nog wel aannemelijker.
Dat zonlicht de aanmaak van het hormoon melatonine remt en daarmee invloed heeft op de biologische klok, lijkt wel duidelijk te zijn. De onderzoeken naar het effect van blauw licht en beeldschermen roepen echter de nodige vragen op: in veel gevallen zijn de experimentele omstandigheden vrij extreem en staan ze ver af van realistisch beeldschermgebruik. Volgens een expert op het gebied van de biologische klok, geven beeldschermen zelfs op volle sterkte amper genoeg licht om het melatonine-niveau te verstoren. Omgevingslicht zou minstens zo belangrijk zijn voor het slaap-waakritme, wat ondersteund wordt door het gegeven dat lichtgevoelige cellen niet zozeer in het centrum maar meer aan de buitenkant van het netvlies liggen.
Kortom, welke factoren precies onze nachtrust beïnvloeden en op welke manier, is aan de hand van de huidige bevindingen nog onvoldoende te verklaren. De oorzaak van een verstoorde nachtrust lijkt in ieder geval minder eenvoudig te zijn dan tot nu toe werd gedacht. Vooralsnog geven rust en ontspanning voor het slapen gaan de meeste kans op een goede nachtrust.
Lees het artikel op de website van de Volkskrant voor meer informatie over de onderzoeken.
Geen reactie's