17 dec Onderzoek naar magnetische hersenstimulatie ter behandeling van depressie
In het Radboudumc wordt onderzoek gedaan naar de inzetbaarheid van magnetische hersenstimulatie (rTMS) bij de behandeling van depressies. De onderzoekers willen met deze studie te weten komen of hersenstimulatie als alternatief zou kunnen dienen voor huidige behandelingen met antidepressiva.
De donkere wintermaanden zorgen elk jaar weer voor een algehele toename aan depressieve klachten. Mensen die met een depressie kampen, worden op dit moment voornamelijk behandeld met medicijnen en gesprekstherapieën. Antidepressiva brengen echter een hoop bijwerkingen met zich mee, en zijn lang niet altijd effectief.
Therapieresistent
Het Radboudumc onderzoekt nu de mogelijkheden om repetitieve Transcraniale Magnetische Stimulatie (rTMS) toe te passen ter behandeling van depressieve klachten. Het onderzoek moet inzicht geven in wat de meerwaarde is van rTMS bij therapieresistente patiënten – waar andere behandelingen niet bij aanslaan. Uit eerdere studies is gebleken dat deze techniek kan helpen om depressiviteit te verminderen, voornamelijk als het in combinatie met cognitieve gedragstherapie wordt ingezet. Of het ook bij patiënten werkt die niet of minder goed op antidepressiva reageren en of de methode financieel haalbaar is als therapie, moet blijken uit het onderzoek.
Bij rTMS worden reeksen van korte magnetische pulsen aan de hersenen gegeven; dit gebeurt door de schedel heen op specifieke plekken in het brein. De magnetische stimuli kunnen de activiteit van hersenweefsel en de communicatie tussen hersencellen beïnvloeden. Bij depressieve personen wordt zo geprobeerd om hersengebieden die als het ware ‘ontregeld’ zijn weer beter te laten functioneren.
Standaard alternatief
Als de resultaten van het onderzoek positief zijn, is het de vraag of rTMS niet vaker en sneller als behandeling moet worden ingezet. Het Radboudumc behandelt jaarlijks al enkele patiënten met deze techniek, en krijgen hier vooral goede reacties over. Neurowetenschapper Iris Dalhuisen vertelt aan het AD: “Het is geen wondermiddel, klachten verdwijnen vaak niet helemaal. Maar in combinatie met gesprekstherapie herstelt maar liefst 60 procent. Dat is een heel hoge score.”
Toch zijn er ook redenen om nog wat voorzichtig te zijn met het toepassen van rTMS. Hoewel er al een aantal decennia met de techniek geëxperimenteerd wordt, is er nog weinig bekend over wat precies de effecten zijn in het brein, zeker op de lange termijn weet men nog niet wat de gevolgen zijn. Tot nu toe wordt het risico op bijwerkingen laag geschat, en is vooral hoofdpijn een klacht die genoemd wordt na toepassing van rTMS. Ook zijn er enkele gevallen bekend van epileptische aanvallen na rTMS, al is het risico daarop volgens experts erg klein.
Meer informatie over het onderzoek naar rTMS bij therapieresistente depressie vind je op de website van het Radboudumc.
Geen reactie's