Column | De grond van mijn geest

Column | De grond van mijn geest

Column | De grond van mijn geest

Rachelle Booi (1974) is haar carrière begonnen als docente Frans om later haar passie voor andere talen, reizen en schrijven te combineren met een baan als hotelreceptioniste. Haar vlotte, pure en oprechte schrijfstijl heeft zij zichzelf eigen gemaakt door vanaf haar elfde haar gevoel en mentale gesteldheid in talloze dagboeken te verwoorden. Bekend met de aan- en uitknop van het leven, heeft ze zowel de zon- als schaduwzijde van het leven leren omarmen en schrijft ze veelal teksten die uit het leven gegrepen zijn. Via de thema’s vrijheid, echtheid, verbondenheid en avontuur, hoopt ze bij te kunnen dragen aan een wereld die wat toegankelijker en vrijer zou kunnen zijn en hoopt ze de vele dankbare lessen die ze binnen de ggz heeft geleerd te mogen doorgeven. Het manuscript van haar debuut is inmiddels verzonden naar uitgeverijen en zal naar verwachting volgend jaar worden uitgebracht.

De grond van mijn geest

Vandaag moest ik op een belachelijk vroeg tijdstip bij de tandarts zijn. Met halfdichte ogen en de muziek op volume honderd, reed ik in een rotvaart over de Europaweg richting praktijk Mondig, een naam die past bij mijn deels Antilliaanse karakter en manier van in het leven staan. Ik laat mij niet graag de mond snoeren en vice versa waardeer ik mensen die hun mening durven te uiten. Het is authentiek, oprecht, toont lef en zelfrespect.

Op verschillende werkvloeren heb ik ervaren dat het mondige vaak pas uitgesproken wordt wanneer degene die het zou moeten ontvangen het decor al heeft verlaten. Ik vind dat hypocriet en heb daar een bloedhekel aan. Makkelijk is het niet, ook ik heb wel eens de vervelende consequenties gedragen van mondigheid, maar spijt heb ik er nooit van gehad.

Kim roept me naar binnen en een minuut later staar ik naar een wit plafond, dat verlicht wordt door afgrijselijk TL-licht. Inmiddels heeft ze zich vermomd als professor; op haar ranke neus heeft ze een zilverkleurig montuur met een soort microscoopjes in cilindervorm gezet.

Ik bewonder deze bedrijfstak enorm, alsmede de werknemers in een ziekenhuis en ggz-instelling vanwege het feit dat ze het meeste van hun tijd in een kleurloos decor doorbrengen. Waarschijnlijk vinden zij de kleur van hun bestaan in de talrijke ontmoetingen en gesprekken met de bezoekers van de vaak letterlijk kleurloze bunkers. Ik weet als geen ander dat het ook mogelijk is te midden van een overdosis aan kleur te leven zonder enkele kleur te kunnen voelen dus wat het figuurlijke betreft, zegt het niets. Ik zou er in ieder geval nooit kunnen werken, zoveel is duidelijk: het zou niet lang duren voordat ik volledig zou verwelken, als een tulp die na de maanden april en mei zijn beste tijd heeft gehad.

“Ga je binnenkort nog op vakantie?”
Ze houdt haar haak en spiegeltje even in de pauzestand.

“Ik ben net terug van zes dagen Italië, maar vertrek in juni weer voor een maand naar Ibiza en in begin september zal ik Toscane proeven. Ik ben wat dat betreft een rijk mens”, zeg ik met een glimlach bij de gedachte aan de kleuren, geluiden en smaken van de nabije toekomst.

Nog maar net terug van Genua en Cinque Terre, mis ik nu al de overdaad van het kleurrijke leven aan de Méditerranée. De grond van mijn geest heeft nu eenmaal dat extra beetje kleur nodig, zoals de geestgronden rondom de Zilk en Hillegom hun naam pas eer aan doen wanneer de tulpen er floreren.

Na de behandeling in de overwegend witte praktijk, besluit ik door te rijden naar de plek die in 5vwo onderwerp werd van mijn scriptie: de geestgronden. Kleur. Ik heb behoefte aan kleur en rijd langs de Leidsevaart en de verschillende spoorwegovergangen richting het zuiden, een route die ik in eerdere depressieve episodes juist bewust vermeed. Toeristen kennen deze weg veelal niet en rijden via de Herenweg richting Keukenhof en omstreken. Vlak na het viaduct, plant ik mijn auto neer en stap uit. Ik pak een handje grond en denk terug aan de hypothese van mijn scriptie:

‘Hoe kan het dat in Vijfhuizen, het plattelandsdorp in de polder waar ik woon, toch tulpen bloeien?’

Het antwoord bleek vrij simpel: creativiteit. Daar waar het duinzand in de Bollenstreek vermengd wordt met klei, veen of ander humusrijk materiaal uit andere streken, zo haalde de bollenboer in de polder het zand en de prachtigste kleurenzeeën naar zich toe via een creatieve techniek.

Waar ik vroeger een bloedhekel had aan de term De Geestgronden, de oorspronkelijke naam van GGZ inGeest, zo fan ben ik nu van dit gevonden woord: vermeng de donkere veengrond van je geest met het lichte, rulle duinzand van je creativiteit en avonturen en zie daar… een prachtige tulp.

Die bollenboer in Vijfhuizen was zo dom nog niet.

8 Reactie's
  • Chrystl
    Geplaatst op 11:48h, 30 mei Beantwoorden

    Dat heb je weer prachtig verwoord!

  • Wim van Gent
    Geplaatst op 15:42h, 30 mei Beantwoorden

    Wow… krachtig geschreven!

  • Dorien Lans
    Geplaatst op 19:05h, 30 mei Beantwoorden

    Mooi omschreven! De grond van jouw geest is vruchtbaar en maakt kleurrijke verhalen!♡

  • Anoniem
    Geplaatst op 00:30h, 31 mei Beantwoorden

    Het Talent om je gedachten te uiten op papier zit verankerd in je Genen !

  • Tryfosa
    Geplaatst op 06:38h, 31 mei Beantwoorden

    Heerlijk stuk weer! Ik kijk uit naar je boek, Rachelle!

  • Daphne vermolen
    Geplaatst op 07:20h, 31 mei Beantwoorden

    prachtig kijk uit naar je boek!!!

  • Anoniem
    Geplaatst op 08:42h, 31 mei Beantwoorden

    Heel mooi geschreven weer. Zal meteen je boek open als die uit is.!!! Echt heel trots op je. 👍🏻

  • leo
    Geplaatst op 20:09h, 31 mei Beantwoorden

    Wat n leuke foto van jou. Vanuit de donkerte tot inzicht komen en als je het eenmaal doorziet komt de ruimte voor de vrije geest. Met grond onder de voeten!

Geef een reactie