06 feb Politieke discussie rondom wetsvoorstel voltooid leven houdt aan
In de politiek is er nog altijd een grote verdeeldheid over de kwestie ‘voltooid leven’, oftewel de wens van niet-zieke ouderen om hun leven te beëindigen. Bij de kabinetsformatie in 2017 was het al een struikelblok voor verschillende partijen, toen D66 aangaf stervenshulp voor dergelijke ouderen op te willen nemen in de wet. Het riep de nodige weerstand en ethische vragen op, en tot op heden lijken de partijen nog niet veel dichter bij elkaar te zijn gekomen.
Met het einde van de kabinetsperiode al een beetje in het zicht, probeert D66 alsnog met een wetsvoorstel te komen dat de Tweede Kamer zal overhalen. Waar de ene partij zich vooral druk maakt om overhaaste beslissingen om het leven te beëindigen, vindt de andere partij de regie over het eigen leven van doorslaggevend belang. Omdat dat meningen over het wel of niet bieden van stervenshulp zo sterk uiteen lopen, is er een onderzoek ingesteld om de problemen van de doelgroep – 55-plussers met een doodswens – beter in kaart te brengen.
De resultaten van het onderzoek zijn afgelopen week gepresenteerd; NRC heeft de vorderingen van het politieke debat en de hoofdpunten van het onderzoek op een rijtje gezet. Hoewel D66 in het wetsvoorstel een leeftijdsgrens van 75 jaar wil aanhouden voor levensbeëindiging, blijkt uit het onderzoek dat driekwart van de mensen met een wens om te sterven onder de 75 jaar is. Toch ziet Tweede Kamerlid Pia Dijkstra van D66 het nut van de wet nog wel in:
“Het gaat om een substantiële groep die wel wil dat de mogelijkheid komt te beslissen. Ik vind dat je alles moet doen om te voorkomen dat mensen dood willen omdat ze een rotleven hebben, maar ik wil wel dat er een optie blijft voor mensen op leeftijd bij wie hun stervenswens niet oplosbaar is.”
De uitkomsten van het onderzoek geven inzicht in de kwestie, maar roepen ook nieuwe vragen op in de politiek. Lees hier het artikel van NRC over de voortgang van de discussie rond ‘voltooiing’ van het leven.
Geen reactie's