15 dec Ik zou zo graag een basketballende vrouw van 2,14 meter zijn!
– Column door Paul de Bruijn, psycholoog en oprichter van ProMind –
Er zijn twee dingen die ik geleerd heb in de ongeveer dertig jaar dat ik nu in het vak zit.
Het eerste is dat je dit vak niet spannender moet maken dan het is. Een besef dat de laatste jaren behoorlijk onder druk staat. Steeds vaker verschijnen artikelen in de media waarin de ernst van de psychologische problemen, in mijn ogen, schromelijk overdreven wordt. Vier miljoen mensen op de rand van Burn-out. Depressie steeds groter probleem onder meer dan een miljoen Nederlanders. De ggz stroomt het water over de rand.
Is het misschien te overwegen dat we de zaken weer naar normale proporties terugbrengen? Niet elk depressief gevoel is een depressie en behoeft behandeling. Mij lijkt het beter om mensen te leren met elkaar over problemen te praten. Elkaar op te zoeken (als het straks weer kan ook fysiek) en steun te zoeken bij elkaar.
Immers, door elk probleem een ‘professioneel’ stoornis-label te geven maak je het voor de ‘lijder’ moeilijker om er uiteindelijk afstand van te doen. Hij of zij denkt dan namelijk iets te ‘mankeren’. Wat het een blijvender karakter geeft dan wanneer je iemand helpt in te zien dat een onhandige manier van denken ook tot neerslachtige gevoelens en gedachten kan leiden. Psychologie houdt zich bezig met normaal gedrag, psychiatrie met gestoord gedrag. Dat onderscheid is wat in de verdrukking gekomen door de heilig verklaring van de DSM.
Het tweede dat ik leerde is dat je nooit de entertainmentwaarde van dit vak moet onderschatten. Er wordt te weinig gelachen in dit werk. Ervaring laat zien dat wanneer mensen de absurditeit van hun redenaties inzien, ze die gemakkelijker inruilen voor handigere benaderingen. Het is dan wel zaak dat je ze leuk leert brengen. Bijvoorbeeld door het uitvergroten van redeneringen of het verzinnen van vreemde analogieën om je punt te maken. Een voorbeeld dat ik wel eens gebruik om het verband tussen keuzes, consequenties en lading duidelijk te maken is de volgende.
Zo’n dertig jaar geleden heb ik ervoor gekozen om een basketballende donkere vrouw van 2,14 meter te worden. Er zit alleen wel de consequentie aan dat het me – met meer dan aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid – niet gaat lukken. Maar aangezien ik die consequentie met volle overtuiging omarm, heb ik geen last van mijn keuze en kost het me ook geen enkele moeite om het streven levend te houden. Heb er verder ook geen stress van en kom er niet door in de problemen. Wanneer ik echter de consequentie niet kan verkroppen ontstaat lading waardoor ik psychisch in de problemen kom.
Zo’n voorbeeld blijft hangen en is in een klap duidelijk. Wie hem wil gebruiken, you’re welcome!
Geen reactie's